Heupdysplasie onderzoek bij de bouvier
Heupdysplasie is een door erfelijke factoren en uitwendige invloeden bepaalde ontwikkelingsstoornis van de heupgewrichten. Sommige honden ondervinden hiervan ernstige hinder. Er zijn echter ook honden met meer of minder ernstige misvormingen van de heupgewrichten, die daarvan geen last lijken te hebben. De beoordeling van het gangwerk van deze honden geeft onvoldoende informatie over de toestand van de heupgewrichten. Meer informatie hierover kan worden verkregen met behulp van röngenfoto's.
Heupdysplasie onderzoek Boe4 leden
Alle bouviers die worden ingezet voor de fokkerij waarvan de fokker is aangesloten bij Boe4 zijn verplicht het HD onderzoek te ondergaan.
De leeftijd waarop het onderzoek bij de bouvier gedaan dient te worden is minimaal 12 maanden

Het Beoordelingspanel

Eén van de taken van het HD-panel van de Raad van Beheer, afdeling Gezondheid, Gedrag en Welzijn (GGW )is de beoordeling van röntgenfoto's van de heupgewrichten van honden. De röntgenfoto's, de zogenaamde HD-foto's kunnen in principe door iedere praktiserende dierenarts die een overeenkomst met GGW, heeft gesloten worden gemaakt. HD-foto's worden gezamenlijk beoordeeld door een in samenstellend wisselend panel van drie deskundige beoordelaars. Een zo objectief mogelijke beoordeling van de foto's die voor de HD-bestrijding onontbeerlijk is, wordt daarmee zo goed mogelijk gewaarborgd. De beoordeling van Hd-foto's heeft ten doel informatie te verschaffen aan fokkers en rasverenigingen die gegevens over heupdysplasie in hun selectieprogramma willen gebruiken. Röntgenfoto's die bij GGW binnenkomen worden, nadat de beoordelingskosten door GGW zijn ontvangen,in de daaropvolgende week,beoordeeld. De uitslag wordt daarna zo spoedig mogelijk verzonden, tenzij de foto niet aan de technische eisen voldoen.

HD Foto's
Voor een goede beoordeling van de heupgewrichten is een röntgenfoto van de hond in rugligging nodig, waarbij de hond exact recht moet liggen. Ter wille van de betrouwbaarheid van de beoordeling worden er hoge eisen gesteld aan de kwaliteit en de documentatie (identificatie) van deze röntgenfoto. Wanneer niet aan deze eisen is voldaan krijgt de dierenarts die de röntgenfoto heeft gemaakt, daarvan bericht met een aantekening over hetgeen eraan mankeert en met een verzoek om een nieuwe opname te maken. Een dergelijk verzoek wordt direct na de beoordeling van de röntgenfoto verzonden en is dus uiterlijk twee weken na ontvangst van de foto bij de dierenarts. Deze moet dan contact opnemen met de eigenaar van de hond om een afspraak te maken voor het maken van een nieuwe HD-foto. Het beoordelen van deze nieuwe foto wordt niet opnieuw in rekening gebracht.
Op de foto links zijn met 2 rode pijlen aangegeven waarop de beoordeling van de heupen plaats vind. De bouvier op deze foto werd beoordeeld met HD-

Het rapport van het onderzoek

Nederlandse Normering

Huidige benaming (FCI) Oude benaming
HD A HD -
HD B HD -
HD C HD ±
HD D HD +
HD E HD +

Op het Rapport-Heupdysplasie-Onderzoek treft u de definitieve beoordeling aan, de F.C.I-beoordeling, en een aantal gegevens die een verklaring geven voor de definitieve beoordeling. De aanduiding HD A betekend dat de hond röntgenlogisch vrij is van heupdysplasie, wat echter niet betekend dat de hond geen "drager" van de afwijking kan zijn. HD B (=overgangsvorm) betekent dat de röntgenfoto's geringe veranderingen zijn gevonden, die weliswaar toegeschreven moeten worden aan heupdysplasie, maar waarvan in het kader van de fokkerij geen direkte betekeniskan worden gevoegd. De aanduiding HD C (licht positief) of HD D (=positief) betekent dat bij de hond duidelijke veranderingen, passend in het ziektebeeld van HD zijn gevonden.Wanneer de heupgewrichten ernstig misvormd zijn wordt dit aangegeven met HD E (=positief in optima form).

De F.C.I beoordeling

De F.C.I.-beoordeling is een weergave van de HD-beoordeling naar internationaal geldende code, waardoor het mogelijk wordt de HD-uitslagen uit bij de F.C.I. aangesloten landen te vergelijken.

 De beoordeling van de onderdelen

Bij de beoordeling van de HD-foto wordt gelet op de vorm van de heupkommen en de heupkoppen, de diepte van de heupkommen, de aansluiting van de heupkoppen in de heupkommen, en de  aanwezigheid van botwoekeringen langs de randen van de heupgewrichten. Informatie over de diepte van de heupkommen en de aansluiting van de koppen in de kommen wordt onder andere verkregen uit de zogenaamde "Norbergwaarde". De Norberg waarden van linker en rechter heupgewricht worden bij elkaar opgeteld en geven samen de op het rapport vermelde "som Norbergwaarden" Bij een normaal heupgewricht is de Norbergwaarde minstens 15, de som van de Norberg-waarden van beide heupen derhalve minstens 30. Honden met een te lage Norbergwaarde hebben dus ondiepe en/of een slechte aansluiting van de gewrichtsdelen. Deze honden zullen dus een minder gunstige HD-beoordeling krijgen. Een normale of zelfs hoge Norbergwaarde betekent echter niet zonder meer dat de betreffende hond goede heupgewrichten heeft. Een combinatie van diepe heupkommen en incongruentie van de gewrichtsdelen kan, zelfs bij een hoge Norbergwaarde, leiden tot een (licht)-HD-positief beoordeling. Op het formulier wordt dit duidelijk gemaakt door het aankruizen van "onvoldoende " of "slechte "aansluiting. Ook wordt informatie over de diepte van de heupkommen verkregen door te beoordelen hoe het centrum van de heupkop ligt t.o.v. de  aansluiting van de gewrichtsdelen, wordt de uitslag ook beïnvloed door de aanwezigheid van "botafwijkingen". Er is een rechtstreekse koppeling tussen de ernst van de bot-afwijkingen en de uitslag: zeer lichte bot-afwijkingen (1) leiden tot de beoordeling HD B, lichte (2) bot-afwijkingen leiden tot de beoordeling HD C ,en ernstige (3) bot-afwijkingen leiden tot de beoordeling HD D. De aanduiding "vorm veranderingen" betreft meestal een meer of minder duidelijke afvlakking van de voorste rand van de heupkom. De aanwezigheid hiervan wordt wel vermeld, maar heeft indien dit de enige bemerking is over het gewricht, in het algemeen geen doorslaggevende betekenis voor de uitslag.

De HD beoordeling

Alle gegevenssamenbepalen de definitieve beoordeling, waarbij het ongunstigste onderdeel uiteindelijk de doorslag geeft. Een bepaalde HD-beoordeling kan bepaald zijn door uitsluitend de diepte van de heupkommen, door de aansluiting van de gewrichtsdelen, de aanwezigheid van botwoekeringen, of door een combinatie van twee of alle drie onderdelen, en dit is weer te herleiden uit de verschillende gegevens zoals die op het certificaat zijn vermeld.

Het HD onderzoek herhalen

Iedere eigenaar van de bouvier kan na verloop van minimaal 1 jaar opnieuw een Hd-onderzoek laten verrichten. De uitslag,die tot stand komt, zal de eerder gegeven uitslag vanaf dat moment gaan vervangen.

 De Norgbergwaarde  

Van beide heupkoppen (1) wordt het middelpunt bepaald en deze middel- punten worden verbonden door een lijn. in beide heupgewrichten wordt vanuitdit middelpunt een lijn langs de voorste rand van de heupkom (2) getrokken. De hoek (3) die beide lijnen in het middelpunt van de heupkop met elkaar maken, minus 90, geeft de Norbergwaarde van het betreffende heupgewricht De Norbergwaarden van linker en rechter gewricht bij elkaar opgeteld geeft de "som Norbergwaarden", die op het rapport vermeld is.

Uw bouvier en HD

Eigenaren van honden waarvan een officiële HD-foto is gemaakt vragen de dierenarts die de foto gemaakt heeft  nogal eens naar zijn of haar mening over de toestand van de heupgewrichten. Wanneer de eerste indruk van de dierenarts milder is dan de uiteindelijke definitieve uitslag, kan dit aanleiding zijn tot teleurstelling bij de eigenaar vande hond. GGW adviseert dierenartsen daarom geen uitspraken te doen over de toestand van de heupgewrichten . Van honden die niet vrij blijken te zijn van heupdysplasie, maar die hiervan geen uiterlijke verschijnselen tonen,kan op grond van deze foto niet voorspeld worden of ze vroeger of later problemen kunnen krijgen. Ook wanneer vrij duidelijke misvormingen worden gevonden betekent datNietdat de hond er beslist last van moet krijgen. Het is dan wel verstandig erop toe te zien dat de hond niet te zwaar wordt en dat ook anderszins overmatige belasting van de heupgewrichten wordt vermeden. Dit is vanzelfsprekend wel afhankelijk van de eisen die aan de hond gesteld worden als huishond of als werkhond. In geval van twijfel kunt u dit met uw dierenarst bespreken.

De fokkerij en HD (gepubliceerd door de Raad van Beheer) 

De HD-beoordeling geeft uitsluitend informatie over de toestand van de heupgewrichten van de individuele hond. Gegevens over de HD-beoordeling van ouders, nestgenoten en nakomelingen zullen bijdragen tot een nauwkeuriger indruk over de fokwaarde van de betreffende hond. Het is daarom van belang dat de rasvereniging over de uitslagen kunnen beschikken en dat alle HD-foto's die gemaakt worden ook ter beoordeling aan de HD-commissie worden voorgelegd, ook indien door de dierenarts duidelijke afwijkingen aan de heupgewrichten worden gevonden. Het is wenselijk uitsluitend met HD-vrije honden te fokken, omdat dan de kans op HD bij de nakomelingen het kleinst is. Bij rassen waarvan maar weinig honden beschikbaar zijn en bij rassen waarin HD vaak voorkomt is dit helaas niet altijd mogelijk. Binnen de rasverenigingen zullen fokkers in goed overleg met de Raad van Beheer, afdeling GGW, kunnen vastellen wat in het kader van HD-bestrijding voor hun ras noodzakelijk en mogelijk is, en wat in de fokkerij ten aanzien van HD nog verantwoord.

De Bouviers  in de fokkerij
Zoals al in de inleiding staat geschreven ben je al lid van Boe4 verplicht het HD onderzoek plaatst te laten vinden. Om de bouvier te mogen inzetten in de fokkerrij is een combinatie van de ouderdieren is HD-A x HD C  toegestaan Een HD-C beoordeling van 1 der ouderdieren is toegestaan, maar dan moet het andere ouderdier welke wordt ingezet een HD-A beoordleing hebben. Een combinatie van HD-B x HD C en HD-C x HD C is dus niet toegestaan.

Bouviers met een HD beoordeling D en E mogen niet voor de fokkerij worden ingezet.

Classificaties van de heup binnen en buitenland  

  FCI Duitsland Nederland Zweden Zwit
Geen tekenen van  heupdysplasie A  A1 Normal (-) Negatief geheel gaaf Utmärkt Frei
A2 (-) Negatief niet geheel gaaf U.A.
Lichte afwijking overgangsvorm B B1 Fast Normal (tc) Transitional Changes I I
B2
Lichte  heupdysplasie C C1 Leichte HD ) Licht positief
C2
Middelmatige heupdysplasie D D1 Mittlere HD (+) Positief II II
D2
Ernstige heupdysplasie E E1 Schwere HD (++) Positief III III
E2 (++) Positief optima forma IV IV

Database GGW uitslagen HD onderzoeken 

© 2024 Vereniging Boe4